Met enige regelmaat komt op mijn werk een gesprek voorbij over niksen. Niks doen, dat vinden sommige mensen afschuwelijk en sommigen heerlijk. Mensen uit die eerste groep zeggen ook vaak dat ze het niet zouden kunnen, gewoon wat aanrommelen. Ik heb daar geen last van. Als ik mezelf moet inschatten val ik toch wel zeker voor 100% in de tweede groep. Er zijn weinig dingen die ik fijner vind dan een beetje dagdromen, wat nadenken over van alles en niets.