Inspiratie,  Spenden

Budgetteren kun je leren – valkuilen

Budgetteren, leuker kunnen we het niet maken, wél makkelijker. Dat zou wel de slogan kunnen zijn van deze serie. Want echt leuk… dat wordt lastig. Zelf vind ik het heerlijk om te pielen met mijn budget. Berekenen wat ik de komende maanden (of jaren…) ongeveer ga verdienen en dat dan verdelen. Wat het echter minder leuk maakt(e) is dat ik er best vaak naast zat. En best ver ook, in het begin. Vandaar dat ik dus ook blijf bijstellen. Steeds een stukje realistischer en haalbaarder, want dat ontbrak in het begin echt! In deze post dus (iets later dan gepland) mijn budget-valkuilen.

Deel 1 en 2 van Budgetteren kun je leren vind je hier (de introductie) en hier (prioriteiten bepalen).

Alle valkuilen die ik hier beschrijf heb ik zelf van binnen bekeken. Sommige kuilen zijn wat dieper dan anderen en waarschijnlijk loopt niet iedereen tegen al deze dingen aan. Globaal geven ze je een idee van waar je op moet letten als je voor het eerst een budget op gaat stellen. Ook geef ik wat tips over hoe ik met deze uitdagingen ben omgegaan, misschien heb je daar ook wat aan.

Valkuil 1: ‘Ik kan wel zonder X of Y’ of ‘Ik geef nog maar 10% aan X uit!’

Eén van mijn zwakke plekken is kleding. Ik hou van mooie – lees: dure – kleding en ik vind het leuk om me met mijn kleding uit te drukken. Eens in de zoveel tijd raak ik ook weer op kledingstukken uitgekeken, dus wil ik ook weleens iets nieuws kopen. Dat hoeft natuurlijk niet per se veel te kosten, maar ik ben geen fan van tweedehands shoppen (meer daarover een andere keer) en ik wil liever ook niet al mijn kleding bij fast fashion ketens kopen (ook daar komt nog een blog over).

Liefst koop ik duurzame(re), kwalitatief goede kleding. Maar dan minder vaak, in theorie. Enter valkuil nummer een: denken dat ik ineens wel veel minder of zelfs niets aan een categorie kan uitgeven. Zo werkt het dus niet!

Geld uitgeven is in veel gevallen een gewoonte. Wat je vaak doet en gewend bent, dat blijft je doen. Bijvoorbeeld (te)veel geld uitgeven aan kleren en schoenen. Van de ene op de andere dag zo’n gewoonte de deur uitdoen klinkt leuk, maar werkt in de praktijk niet. Veranderen doe je door haalbare minidoelen te stellen, zodat je steeds een stapje dichter bij je gewenste gedrag komt. Langzaam maar zeker, niet in een keer.

Toen ik begon met mijn budget leek het me wel wat om toch meteen maar de eerste maanden helemaal geen geld uit te geven. Ik had immers genoeg in mijn kledingkast. Even hield ik dat vol, tot ik compleet de mist in ging. Waardoor ik meteen zelfs meer uitgaf dan normaal. Au!

Inmiddels pak ik het slimmer aan. Mijn budget heb ik iets naar beneden bijgesteld. Zo mag ik wel echt minder uitgeven, maar blijft er wat ruimte over. Zodra dat goed gaat kan ik eventueel nog wat verder naar beneden bijstellen. (Of ik dat ga doen is een tweede. Na een tijd lang zo goed als geen vrije bestedingsruimte te hebben is het ook wel fijn om mezelf nu wel wat te gunnen. Niet buitensporig, maar toch).

hannah-olinger-549280-unsplash
Photo by Hannah Olinger on Unsplash

Valkuil 2: Voor elke kleine uitgave een eigen categorie

Bij deze valkuil moet ik meteen zeggen dat dit voor sommige mensen misschien heel goed werkt. Alles tot in detail plannen en een heel grondig overzicht hebben. Voor mij werkt het alleen totaal niet.

In mijn eerste budget had ik mijn vrij te besteden geld helemaal opgedeeld. Zoveel aan kleding, zoveel aan persoonlijke verzorging, dit voor buiten de deur eten en drinken, dat voor overige uitgaven (boeken, concerten). Klinkt handig, maar het kwam nooit uit! Het is een budget, dus automatisch zit er een beperking in. Het geld is niet oneindig (jammer genoeg). Dan kan het dus zo maar zijn dat de maand nog niet voorbij is, maar het budget voor een categorie wel op.

Wat ik dan deed is – spoiler – niet zo slim. Ik gebruikte dan geld uit een andere categorie. (Gelukkig wel binnen de hoofdcategorie vrij te besteden en niet van bijv. het geld om boodschappen van te doen of mijn zorgverzekering mee te betalen. Als je merkt dat je dat gaat doen meteen heel hard aan de noodrem trekken en je budget grondig evalueren!). Alleen kwam het dan wel eens voor dat ik uit die tweede categorie iets wilde betalen, maar er geen geld meer voor had. Dus dan leende ik uit een derde categorie en ga zo maar door, tot ik toch weer wat spaargeld terugstortte naar mijn betaalrekening. Heel zonde.

Nu heb ik mijn vrij te besteden geld niet verder onderverdeeld. Het is wat het is en op = op. Door mijn prioriteiten te bepalen en eerlijk te zijn naar mezelf over wat ik wil uitgeven (zoals bijvoorbeeld aan kleding: dat zou €0 kunnen zijn maar dat wil ik niet), kan ik me er ook steeds beter aan houden. Ik ben al veel bewuster bezig met wat ik belangrijk vind en waar ik mijn geld aan wil spenderen. Ook dat maakt het steeds makkelijker om binnen budget te blijven.

Valkuil 3: Jezelf straffen

Dat brengt me meteen bij de laatste categorie: jezelf straffen als het niet lukt om je aan je budget te houden. Doe dat niet!

Wees lief voor jezelf en geef jezelf de vrijheid om fouten te maken. Van fouten leren we het allermeest. Het is niet erg als het een maand minder goed gaat, of als een categorie moeilijk in de hand te houden blijft. Als je maar niet bij de pakken gaat neerzitten en opgeeft. Dat zou zonde zijn van alle tijd die je er al ingestoken hebt en niet eerlijk naar jezelf.

Als een goede vriend(in) net begonnen is met een budget en het de eerste maand helemaal verprutst, wat zeg je dan? Dat het stom is dat het niet lukt en dat hij/zij daarom een mislukkeling is? Of dat het misschien slim is om nog een keer naar het budget te kijken en of het haalbaar is? En volgende keer beter, gewoon blijven werken aan jezelf. Dat laatste, toch? (Dat hoop ik in ieder geval).

Steun jezelf net zo. Dus niet de volgende maand de broekriem nog verder aantrekken zodat het nog moeilijker wordt om te slagen. Misschien juist de broekriem wat losser doen, zodat het makkelijker wordt om een succesje te behalen. Want succes zorgt voor meer succes. Het voelt goed en motiveert en helpt je je einddoelen te behalen. Zodat jij uiteindelijk je budget 100% de baas bent!

85% de baas

Zelf zit ik op zo’n 85% nu, schat ik. Het gaat nog steeds, na driekwart jaar budgetteren, wel eens niet helemaal goed. Of helemaal niet goed. Maar elke maand gaat het wel beter en wordt het makkelijker. En misschien zelfs een beetje leuker, naarmate het beter lukt.

Komende week nog een laatste post over budgetteren en slimme doelen stellen. Daarna is het alleen nog een kwestie van aan de slag gaan.

Ben jij je budget al de baas?

Op weg naar geluk, vrije tijd en de mogelijkheid daarvan te genieten!

3 reacties